Vanmorgen vroeg wakker gemaakt door een dame met een enorme eetkar.

Het gaat al een stuk beter. Ik krijg wat te eten en te drinken, maar moet nog de kaas wel even op lichaamstemperatuur te krijgen om geen last krijgen van mijn keel als bijwerking van chemo van gister. Voor ik ga eten vraag ik even aan de verpleegkundige of ik nou wel of geen medicijnen moet innemen. Ik krijg een of ander pilletje en moet even een half uur wachten voordat ik ga eten.

Ik voel me erg slap maar niet meer zo ziek als gister. Goed eten zal mij vast helpen.

Ondanks dat ik mijn best doe, krijg ik niet allebei mijn boterhammen op, maar er zit in ieder geval iets van eten in mijn lijf. De rest van de ochtend is het wachten op een bezoek van mijn Oncoloog voordat ik te horen krijg ik naar huis mag of niet. Rond 11.00 uur komt ze langs en constateert dat ik aardig opgeknapt ben en geeft aan dat ik naar huis mag.

Opgelucht en blij bel ik het thuisfront of ze me willen komen halen en ga ik inpakken. Begin van de middag ben ik weer veilig en gelukkig thuis maar wel een stuk zieker dan dat ik zelf naar het ziekenhuis ging. Alles om deze kanker friemel te verslaan. Thuis word ik met net zoveel liefde en aandacht verwend terwijl ik als dood vogeltje op de bank hang.

Ik heb nog veel last van mijn afgetrokken pleister. Ik heb last van koude objecten waarvan ik tintelende vingers krijg en schrik als mijn keel dicht knijp als gevolg van een iets teveel afgekoelde slok thee.

Tegen het einde van de middag voel ik mij sterk genoeg om met mijn gezinnetje even naar buiten te gaan. Even kijken wat voor een leuk bureau op de kamer van Chloé te komen. Moe hang ik de rest van de avond op de bank. Slap maar het is uit te houden zo. Kijken wat morgen brengt.