Ik ben weer ‘op sterkte’ voor een nieuwe dreun. 1 kg aangekomen (woehoe) en dus klaar voor chemo 2.

Hoe mooi wil je het hebben. Een warm ontvangst met herkenning. Na drie weken weten weten ze nog wie ik ben. Of dat goed is weet ik niet, maar het voelt als een VIP-behandeling.

Snel office inrichten en even en genieten van het uitzicht, al vrees ik dat ik daar nog wel even van kan genieten. Ze gaan het langzamer doen dan de vorige keer, dankzij het succes van toen. Het gaat dus zo’n 6 uur duren bij elkaar, ik kan niet wachten!

Thumbs up! Uh? Als je zo kijkt, zin alle duimpjes naar beneden, dat is geen goed teken…

Het is inmiddels bijna kwart over 9, tijd voor mijn naaldje.

There we go!

Om de blog niet saaier dan saai te maken, spoel ik maar wat door… Lunchtijd… Boterham smeren is al extra 30 minuten vermaak. Die kuipjes open krijgen met een tintelende arm, dooie vingers en weinig energie, ziekenhuis humor.

Oh, wissel!

En de laatste zit er al weer bijna in. Het begint al schemering te worden, maar dat boeit al niet meer. Ik ben moe, op, stuk en kapot. Maar ik moet nog even doorzetten, want ik mag om 16:00 uur naar huis, mits ik de gang op én neer kan lopen zonder flauw te vallen.
Ik ga mij klaarmaken, want ik wil naar huis!

Lang verhaal kort… Ik heb de helft van de gang gehaald zonder duizelen, maar daarna snel terug naar bed gerend en gaan liggen.
Helaas gezakt. De lieve verpleegsters doen hun best mij blij te maken, maar besluiten -streng als ze zijn- dat ik niet naar huis mag. En weet je, ze hebben nog gelijk ook. Mijn hele lijf wil naar huis, snel naar mijn lief toe, maar helaas… het gaat niet.

Om de moed niet te verliezen loop ik achter mijn bed aan naar de afdeling waar ik mag blijven. Hierdoor krijg ik nog wel een tweede kans. Als ik vanavond laat nog kan laten zien dat ik de gang op én neer kan lopen, mag ik alsnog naar huis. Natuurlijk moet het examen wel afgelegd worden bij een daarvoor ingelichte strenge verpleegster, maar hé het is een kans!

Kerstavond ga ik redden, want het is pas de 23ste… dan ben ik dus in ieder geval thuis met Kerst…. Maar ik ga proberen vanavond nog naar huis te gaan.

Eerst even eten. Annie mag even langs komen om wat spullen te brengen (voor als ik toch moet blijven). En als ze heel stil is, mag ze vast stiekem blijven tot ik sterk genoeg ben. Niemand zegt dat ze weg moet, en ook de drie dames op zaal vinden het niet zo erg. Lekker praten over het eten van het ziekenhuis, dat werkt verbindend, hoewel de kroepoek is echt lekker! Even dooreten, het wordt er onder dwang in gepropt, want ook mijn lief heeft mij liever thuis. Tuurlijk kan ik het zelf wel, maar niet zo snel, niet met zo veel liefde en ook niet zonder handschoenen want het bestek is te koud. Alles is koud en zorgt voor prikkelingen, precies zoals ze hadden voorspeld. Dat geeft nog meer het gevoel dat ze weten wat ze doen, en daar houd ik mij maar aan vast. Het blijft raar dat je nergens last van hebt, iemand met een witte jas zegt dat je ziek bent en je vervolgens een traject in gaat, waar zelfs ik eigenlijk liever geen blog over zou maken.

En dan is het zo ver… Tien over half zeven… ik ga het proberen. Even diep ademhalen, tanden op elkaar en de gang op. Heen én terug, met zelfs een huppel en een sprong (beetje bluffen mag toch wel?) en dan zo snel mogelijk zo veel mogelijk kleren aantrekken, meerdere shawls om, twee capuchons op, mondkampje, twee lagen handschoenen en dan lekker zitten in de rolstoel (overdrijven hoeft ook niet) zo de voorverwarmde auto in.

Thuis ligt het toch lekkerder! Eind goed al goed.

En er wordt weer lief meegeleefd. Oost west, thuis is het toch het best!