Mama heeft gelezen dat je ergens struisvogels kan kijken. Wij zien er niet zo veel in, maar gaan toch mee, wie weet is het toch leuk, zoals altijd eigenlijk…

We rijden langs het flamingo-gebied, maar helaas.. geen roze vogel te bekennen. Gelukkig is het hiervandaan niet heel ver meer om naar de struisvogels te rijden.

Wel gaaf om te zien dat de meest bekende en gevreesde vogel op Curacao te zien op straat (levend): de Warawara of Caracara, hangt waarschijnlijk van je accent af of zo.

En voor we het weten zijn we op de struisvogelboerderij, kijk maar.

Wat een rare struisvogel. Of… is het een Pauw en staan die enorm grote vogels verder op, zodat je betaalt om binnen te komen. Nou, dat doen wij heus wel hoor. Het is wat duur, maar voor de goede verzorging van de beesten is het wel nodig leren we straks in de bus.

We lopen wat rond en zien nog veel andere dieren waarvan we ze allemaal lijken te herkennen.

Dan gaan we de bus in voor een rondleiding. Een alleraardigste man doet enthousiast en duidelijk met passie voor de dieren zijn verhaal in het Nederlands en daarna één op één met dezelfde bewegingen en zinnen in het Engels. Dat heeft hij vast vaker gedaan!
Wel leuk om wat te leren over deze beesten en dat ze in corona-tijd heel wat eieren niet hebben zien uitkomen door de afwezigheid van toeristen, geld, maar ook door wat fouten in het beleid in de omgang met de dieren… Zonde, maar wel van geleerd. Nu laten ze de populatie weer groeien.

 

Wat een enorme eieren he? De mannen doen hun werk door ook de eieren warm te houden. Nu zit het vrouwtje er even op, maar het schijnt dat hij er vaker op zit om de temperatuur precies 37 graden te houden.

Het is geen lange rit, maar hij maakt het lang door zijn leuke verhalen. En… we mogen er even uit om de struisvogels eten te geven. Klinkt eng, en dat is het eventjes ook. Maar gelukkig zijn we hier voor de belevenis en gaan we er dus voor.

Sterker nog, we mogen het ook uit de hand geven, leuk! En best spannend, maar papa en mama willen het toch proberen.