We zijn al bijna een week hier… Vandaag is een water-dag. Maar vreemd genoeg begint de dag niet met zwemmen.

Het ochtendritueel leek te veel op een sleur, dus besloten wij niet te gaan zwemmen. Ok, ok, het had iets te maken met per se in het diepe willen maar niet zelf mogen, maar de afleiding is groot genoeg om er niet mee te zitten. Het is vroeg, en vanmorgen hebben we van de Apple-family-instellingen weer een uur screentime gekregen, waarom niet gebruiken?

Als het licht al door de ramen schijnt en wij voldoende (ook volgens papa en mama) hebben uitgeslapen, rest ons niets dan even ontspannen en lekker op te gaan in ons eigen vermaak.

Dat is meestal Spiderman en Elsa filmpjes, soms een vlog van de Bellinga’s of Dylan Haegens, maar deze keer gewoon een teken filmpje.
Ondertussen nog steeds heel blij met mijn ‘Griekse’ Polizei auto, dat dan weer wel.

Of in mijn geval een leuke vlog. En ook ik ben blij met mijn cadeau de glitterpinguin.

Maar we gaan op pad, want we hebben van de Tui-dame gehoord dat er ergens een klein verstopt strandje is met achter het riet een beekje met schildpadjes. Daar zijn wij wel voor in natuurlijk.
Papa eet zijn ontbijt, kommetje fruit, in de auto, zodat we lekker snel weg kunnen voor de ergste hitte. Het wordt vandaag gewoon weer warmer dan gister en de dagen ervoor. 31 graden.
We slingeren dwars door de bergen, zelfs een groot stuk waar we niet eerder zijn geweest. Logisch, want we gaan naar een nieuwe plek. Mooie rit, en niet te lang gelukkig. Iedereen weet wakker te blijven. En bij aankomst blijven we niet de enige te zijn. We vinden nog een plekje tussen de auto’s. Het is even proppen en de dames moeten er wel eerst voor uitstappen, maar hij staat en wij kunnen onze weg vervolgen, nu te voet.

Voor we goed en wel op het zand lopen, zien we een groot beest. Een soort wesp, maar dan eng veel groter.
Snel een foto als bewijs en dan rennen, want je weet nooit met dit soort beesten. Bijen steken ook niet, behalve Chloé, die weet al dat ze wel degelijk zonder aanleiding waar ze vanaf weet kunnen prikken.

Het is niet groot, maar wel mooi. Het uitzicht is ook leuk, in de verte zien we Turkije.

Ook al gaat het fijne zand rondom de kustlijn over in gemene steentjes die iets dieper nog groter worden, we lopen verder omdat we riet in de verte zien.

En achter het riet is er een stroompje van de zee naar -inderdaad- een beekje. Mooi en rustig water waar heel veel, sterker nog: heeeeeeel veeeeeel visjes in zwemmen. Schattig, en ook leuk te zien dat je zo’n hele school visjes kan sturen.

Maar wat zeker ook leuk is, is dat er inderdaad schildpadjes zwemmen in het beekje achter het riet. 1-0 voor de Tui-dame. Goede tip!
Kijk nou hoe schattig. Ze hebben lange nekken en kunnen opvallend snel bewegen in het water. Het imago van een schildpad lijkt deze niet te passen.

Ze komen naar ons toe, zo lief. Het lijkt wel alsof ze eten willen. Het zijn toch geen tamme getrainde Tui-schildpadjes?

Even later zien we twee Duitsers brood in het water gooien. Ze genieten er zichtbaar van, en zo ook de schildpadjes :)
Wij weten dat brood niet goed voor eendjes is en zo ook niet voor schildpadjes. Mama zoekt vanaf haar ligbedje, waar ze even plaats heeft genomen, op haar telefoon wat een waterschildpad eet. Maar dat is zo divers en niets ervan hebben we bij ons, dat we ze lekker in hun element en in de natuur laten.

Ze hebben de ruimte en vast wel wat eten, want ze zien er best goed uit.

Dat kan je niet zeggen van deze. Ja, wel van mij, maar niet van de schedel die ik in mijn hand heb. Geen idee waarvan het is, het lijkt wel een hondje of zo. Het heeft, zo ik denk, geen relatie met een schildpad.

Wellicht heeft het iets te doen met de stapels stenen die wij zien. Deze steenmannetjes staan wel op een rare plek, het is hier niet een hoogste punt of een pad of zo. En ook al lijkt het uitzicht er op, het is ook niet Ierland hier, waardoor we rondjes omheen moeten lopen. Grappig is het wel.

Net naast het ontstaan van het riviertje naar het beekje toe, bouwen wij een vulkaan.
Vanuit de zeewandeling net mochten we onze voeten en benen al natmaken. Dat is Sylvain’s voor tot op je onderbroek nat zijn. En als je dan toch gaat spelen, waarom niet gewoon gaan zitten.

Tja, een vulkaan maak je ook niet zomaar, daarvoor moet je echt even zitten.

Gelukkig barst hij niet uit, overigen papa en mama ook niet, die hadden het al een beetje verwacht. Ondanks dat onze zwemkleding van Sylvain niet mee is, is een onderbroek genoeg. Chloé heeft badpakken genoeg om er altijd een in de auto te hebben, sterker nog in de tas die mee is.

We gaan ons dus maar even omkleden.
Als we ons omdraaien om dat te gaan doen, zien we een bordje. Het is mosterd na de maaltijd, maar toch, het wordt keurig aangegeven, tenminste als je het bordje vindt.

Nog even goed om ons heen kijken en genieten, we gaan zo terug.

Heb je overigens ooit een boom zo dicht op de zee zien staan? Ok, je ziet de zee niet op de foto, maar reken maar dat de fotograaf natte flipflops had.

Wij beginnen aan de wandeling terug. Aan het einde links staat de auto.
Voor we daar naar boven gaan is er nog een douche, die het ergste zand wegspoelt.
Maar ja, hoe kom je dan het strand af zonder weer vieze voeten en slippers te krijgen. Het zand is te heet om zonder slippers te lopen… dus toch maar weer vies worden.

Een ander nadeel van spelen in de zee, is dat het koud is en ik dus op de meest onmogelijke momenten moet plassen. Tja, als je moet, dan moet je. Als toch niemand kijkt, kan het hier wel even toch?

Semi-schoon en bijna droog stappen we in de auto. We gaan even langs huis, want het is niet heel ver om. Sterker nog, waar we heen willen rijden we langs, maar het is wel lekker om even de voetjes te spoelenen wat droogs aan te trekken.

Als we eenmaal thuis zijn, na zo’n 20 minuten rijden, komt mama er achter dat ze haar iPhone kwijt is.
Bellen levert niets op, en de locatie is niet te bepalen. Dat geeft weinig hoop, want waar we net waren was vreselijk bereik.
Snel afgedroogd en -waar nodig- omgekleed springen we weer de auto in om terug te gaan naar het strand. Blij dat het niet aan de andere kant van het eiland is.
En ook blij dat het een totaal afgelegen strandje is, want papa loopt naar het ligbedje waar mama op zat en ziet de telefoon gewoon nog liggen. Sterker nog, er is niemand in de omgeving aanwezig, wellicht zelfs na ons nog niemand geweest.
Gelukkig maar dat hij er nog lag, zou zonde zijn als we zo nooit meer onder weg filmpjes konden kijken toch?

Opnieuw de weg terug naar huis, maar deze keer stoppen we wel in het dorpje waar we eerder ook al eens aten. Wij willen graag bij dezelfde eettent eten, want het eten was daar lekker. Geen probleem, papa en mama lusten alles, en wij weten dat het hier goed is, so why not?

Het is ondertussen behoorlijk gaan waaien. Op het niveau dat je liever niet op je strandbedje ligt. Nou zijn wij daar sowieso niet van en blijven er altijd even onwaarschijnlijk Hollanders toch liggen. Gek volk he?

Niet alleen omdat mijn haar de verkeerde kant op waait, ook omdat het eten straks nog van ons bord waait, verplaatsen wij onszelf naar de overkant van de straat, waar de rest van het terras is. Iets meer uit de wind, tijd om lekker te eten.

Wat we nog niet eerder hebben gedaan, maar wel net zagen vanuit de auto, zijn de winkelstraatjes met restaurantjes aan de andere kant van de weg. (iets verder van ons huis dus)
Ook daar hebben ze leuke straatjes, met… jawel ook ijs!

Heet als het is, is een ijsje wel op zijn plaats.

Er is een klein piertje tegenover de het supermarktje waar we nog even wat halen. Een uitgelezen kans om een foto te maken.
We -lees Sylvain- doen ons best om geen gekke bekken te trekken.

Maar het lukt niet.

Misschien onder de vlag wel?

Nee, helaas.

En opnieuw niet…

Dan maar even alleen, ik kan niet heel mijn leven foto’s moeten laten zien van mijn maffe broertje, nu heb ik er ook een zonder hem.

Sta ik wel goed bij de vlag en hangt ie er mooi bij?

Natuurlijk, de echte Griekse vlag!

Hier nog even de kustlijn richting ons huis (achter half op de berg hoor).

Rest ons nog een korte wandeling voor we bij de auto zijn en dus ook snel het zwembad onveilig kunnen maken.
Het waait nog steeds hard, dus mama is het dobberen op de opblaasband al snel zat van de kou en gaat vast douchen.
Papa en wij blijven nog even spelen, maar dan gaan ook wij er uit om gezellig op het balkon met z’n vieren lekker te kunnen eten.
Iets simpels, want we hebben al genoeg eten gehad eigenlijk.

Sylvain realiseer zich dat hij zijn autootje kwijt is. Als we hem zo snel niet kunnen vinden, besluiten wij met papa op pad te gaan om hem mogelijk te vinden bij het zwembad. Gewapend met één walkie talkie, de ander ligt bij mama thuis, gaan we op pad. We kunnen hem echter niet vinden, maar beseffen ons dat hij wel mee was naar het zwembad. Wellicht is hij dan in de zwemtas gedaan.

Als wij een ‘ik heb hem… over’ vernemen van mama, besluiten wij nog even een wandelingetje te maken naar het begin van de oprit voor dit complex.
Jawel, wederom een mooi foto-moment.

Maar dan is het toch echt tijd om te slapen. Papa en mama willen maar al te graag hun Netflix serie verder kijken, het zit er voor ons niet in dat we het nóg langer kunnen rekken.
Ach, morgen weer een dag, eens kijken wat die ons brengt dan.

Ondertussen in Hilversum begint Quincy het buitenleven te waarderen. Dat zal hem nog eens tegen gaan vallen in Zoetermeer, daar is niet zo’n mooi balkon. Hij heeft in ieder geval zo te zien, en te horen van oma, een top-vakantie. Nou, wij ook!